Deel 5 voorjaar 2023
Maandag 20 februari - Tafraoute
Tafraoute ☀️ 20°C
Als een sluipmoordenaar heeft de bakker vanmorgen het brood in de tas gedaan. Ik was al vroeg op en in afwachting van een klop op de deur met een 'bonjour, pain, pain', maar het bleef stil. En als ik ongedurig om half negen in de tas kijk, zit daar tot mijn verbazing wel het brood in. De laatste sinaasappels gaan door het nieuwe persapparaat, die moeten vandaag weer worden aangevuld. En als we hebben ontbeten komt de geitenherder weer langs. En maak ik met de sinaasappelschillen wederom dezelfde danspassen tussen hongerige geiten die me van alle kanten bespringen. Op het eind van de ochtend gaan we met de scooter op pad. We rijden door Tafraoute noordelijk naar de Amandel-vallei.
Na een paar kilometer kijken we van bovenaf weids de vallei in die onder een tegenoverliggende hoge bergrug ligt. Een bord maakt ons opmerkzaam op een plek op die bergrug die veel weg heeft van een leeuwenkop (Tete de lion).
Onder in de vallei bij Ammelne slaan we linksaf en zo'n 5 km verderop drinken we in een klein dorp een kop nuss nuss. Langs lopen twee vrouwen in de voor getrouwde vrouwen traditionele kleding van deze streek: geheel in het zwart met geborduurde randen in felle kleuren. Jonge meisjes dragen hier voornamelijk blauwe kleding.
We gaan op weg naar een wat hoger gelegen oud dorpje en rijden hier doorheen. Opvallend in het verstilde dorpje is de prachtige afwijkende bouwstijl van de huizen. De behuizingen zien er hier geraffineerder en beter afgewerkt uit. En de mensen die we toch tegenkomen begroeten ons vriendelijk en kinderen zwaaien. Hoog tegen de bergrug op zien we een smalle steile weg een vrachtwagentje omhoog kruipen. Een net onder de top van de kam gelegen dorpje, ver omhoog, lijkt het waarschijnlijke einddoel. Daar willen we ook naartoe. Op de steile route, na vele haarspeldbochten bereiken we moeizaam het gedeelte waar we de vrachtwagen hadden gespot.
Het uitzicht over de vallei vanaf deze hoogte is formidabel. Als we daarna een kloof indraaien verandert het weggetje van karakter. Het heeft nu meer weg van een soort geitenpaadje wat aan de bergwand kleeft. En de hellingpercentages nemen drastisch toe. Onder astmatische gepuf poogt onze muis (scooter) ons stapje voor stapje de steilte op te krijgen. Op sommige momenten wordt de limiet van wat de scooter aankan, bereikt. Dat zijn momenten waar Marjos een stukje zelf omhoog moet klauteren. Vele hairpins later en honderden meters hoger bevinden we ons in een spectaculaire omgeving. Grote grillige rotsformaties vanuit de naastgelegen kloof flankeren onze route.
Het bergdorpje halen we niet. Alhoewel de benzinemeter niet echt betrouwbaar is, kruipt de wijzer snel omlaag. Wij denken dat de extravagante inspanningen daar debet aan zijn. We willen niet zonder brandstof komen te zitten en keren derhalve om. Met ingeknepen remmen laten we ons van de berghelling naast diepe kloven omlaag vallen. Intens genoten van dit bergtochtje 😄. In de Amandelvallei tuffen we kalmpjes weer terug naar Tafraoute in een heerlijk zonnetje. Daar aangekomen bekijken we snel een artisinal-shop voordat we in een hotel wat gaan eten.
Voor belachelijk lage prijzen, een lekkere pizza ad 25MAD en kipbrochettes 3 stuks met frietjes, rijst en groente 35MAD, inclusief brood en olijven. We spoelen het weg met een paar glazen rode wijn, jawel ad 20MAD per stuk. Later op de middag wisselen we nog onze wederzijdse belevenissen uit met Kees en Trui. De ondergaande zon met opstekende wind besluit weer een leuke dag.
Dinsdag 21 februari - Tafraoute
Tafraoute ⛅ 20°C
Vaste prik inmiddels is mijn ochtendgymnastiek met de geiten, vandaag voer ik ze brood en schillen. Ze stofzuigeren in een mum van een tijd alles naar binnen en verdwijnen in draf als iemand verderop ook met schillen gaat gooien. De herder leunt op zijn stok en ziet het allemaal met twinkelende ogen aan, hij heeft het gemakkelijk. Als de waterwagen arriveert, laten we onze tank volgooien, wat een gemak, service aan huis.
Kees vraagt wat wij gaan doen met de weersomstandigheden die voor vrijdag regen en kou voorspelt hier. Ik had de daling gezien en bedenk ook dat we aanstaande donderdag gaan verkassen. Halverwege de ochtend gaan we een tochtje maken naar Souk Tissrirt wat hogerop in de bergen ligt zuidelijk van Tafraoute. Het wordt een prachtige rit. Na 5 kilometer nemen we bij een splitsing de afslag de bergen in. Vrijwel direct begint de klim omhoog die zo'n 14 kilometer zal aanhouden en ons zal brengen naar een hoogte van ca 2000 meter. Op de smalle weg die zich met vele haarspeldbochten bergop kronkelt, wordt door de (tegen)wind zoveel weerstand gegenereerd dat we bijna stilvallen. Met een moeite en een gangetje van ca15-20 km zwoegen we de hoogte in.
Als beloning krijgen fantastische verzichten van een woest, bijna onherbergzaam gebied voorgeschoteld, smullen. Toch treffen we hier en daar kleine nederzettingen met aan de randen spaarzaam groen en wat amandelbomen in bloesem. De mooie scenery drukt de aanwezige kou op deze hoogte naar de achtergrond. In Tassrirt aangekomen een klein dorpje vertelt een inwoner dat de souk altijd op vrijdag gehouden en niet op de dinsdag zoals ik dacht. Oeps, blijkbaar heb ik een woordje fout vertaald en heeft dat ons op het verkeerde been gezet. Het maakt ook eigenlijk niet zoveel uit. Het is een fantastisch mooie rit waarvan we, ondanks de kou, intens genieten.
We keren om en vliegen nu de berg af. Wederom in verwondering, omdat je dezelfde omgeving vanuit een totaal ander perspectief krijgt voorgeschoteld. Steeds schuiven nieuwe panorama's in ons gezichtsveld voorbij, met name nu gelegen in de diepte voor ons.
Beneden aangekomen poetsen we de laatste kilometers zo weg, appeltje eitje. We ploffen neer op het buitenterras van het hotel voor de lunch. Voor een schamel totaalbedrag van € 3,60 krijgen we een heerlijke omelet met brood en koffie voorgeschoteld.
Dan even langs de plaatselijke souk, waar we 3 paar babouches aanschaffen. De leren sloffen zijn een plaatselijke specialiteit en zitten zeer comfortabel. En schaft Marjos nog een paar zilveren oorhangers aan, die goed bij de eerder gekochte ringen passen. Terug bij de camper worden we geconfronteerd met een nieuwe dienst die hier wordt verricht. Op de brommer verschijnt kapper Mustafa. Een gewillig slachtoffer is snel gevonden! Omdat hij ook nog zingt, krijgt hij de titel "de barbier van Sevilla".
We werken het verslag wat bij, alvorens met Kees en Trui te gaan eten. Het hotel biedt wederom uitkomst, goed eten voor een prikkie. Het is uitermate gezellig en we vermaken ons uitstekend. En met allerlei hapjes vooraf, een uitgebreid brochette-menu voor ieder, water en een fles heerlijke rode wijn, rekenen we een gênante 210MAD af, ongelooflijk. In het donker weten we ook nog de camper te vinden.
Woensdag 22 februari - Tafraoute
Tafraoute ☀️ 23°C
Boven op het dak van de camper heb je een weids uitzicht over alle campers hier in het keteldal. Ik heb de ladder uitgeschoven om de zonnepanelen te inspecteren en tref de nodige stof en opgedroogde moddersporen aan. Gewapend met een natte spons klim ik opnieuw omhoog en poets de panelen tot een blinkend diepzwart. Aanbrengen van ductape op de voorste rand van het grote dakluik, immers er was wat lekkage tijdens regenval, wil niet lukken. Een stang zit in de weg en belemmert afdoende mijn pogingen. De ladder gaat weer terug in de garage en nu ik toch bezig ben, ondergaat deze ruimte ook een opruimbeurt. Zelfs de ladenkast met gereedschap en reserve-onderdelen ontkomt niet aan mijn opruim-woede. Als laatste de Marokkaanse gasfles goed en lekvrij aangesloten en daarop overgeschakeld. Overgebleven LPG en volle tank Benegas hou ik in reserve. Het interieur van de camper ook nog wat opgefrist, voordat we gaan lunchen bij ons favo-plekje, het hotel. De omelet met brood spoelen we weg met een lekkere Nuss Nuss en het water gaat in de koffer van de scooter, voor onderweg.
Uitgerust met zonnebril, het is prachtig zonnig weer, rijden we naar de Amandel-vallei en slaan nu rechtsaf op de route national, richting Agadir. Ofschoon die betiteling voor de weg heel veel meer doet vermoeden dan het voorstelt. Na een 300 meter royaal breed prachtig asfalt, volgt na een bocht de degradatie. Er resteert een hobbelig weggetje met rafelrandjes van minder dan eenderde van de breedte voor de bocht. Soit, wij malen er niet om, we zijn dit soort wendingen inmiddels gewend. Tegen de bergrug aan de linkerkant zien we iets hogerop een mooi oud lemen dorpje liggen. Je moet goed kijken want qua kleur gaat het geheel op in de omgeving.
De huizen "verdwijnen" in het landschap - Omssnat
Nieuwsgierig zoeken we via een keienpad toegang en we weten inderdaad redelijk dichtbij Oumesnat te komen, zoals dit traditionele dorpje heet. Er vlak voor ligt een intrigerend moslim kerkhof. Veel graven zijn anoniem en worden gemarkeerd door een opstaande rotssteen. We rijden verder door wat verstilde dorpjes en slaan bij Ochtim af naar een hooggelegen bergdorpje. Een slingerend steil weggetje brengt ons almaar hoger in de prachtige omgeving.
Na iedere bocht verandert het spectaculaire uitzicht op het directe en verderweg gelegen terrein. We wisselen zelfs van kloof als we bovenaan een bergkam doorsnijden, superbe. We bereiken het gehuchtje, Agchtim, wat boven de kloof tegen een bergwand aangeplakt ligt. Van een tiental huizen die er staan zijn enkele zeer oud of al tot ruïne vervallen. Er is géén mens te bekennen. De weg houdt hier op dus keren we om en roetsen we langs dezelfde route omlaag.
Agchtim
Uiteraard met watertandende vergezichten. Via kruip-sluip paadjes gaan we na een aantal kilometers nog een keer bergopwaarts, nu naar Tizeght. Niet ver van een grote waterpoel worden vriendelijk aangesproken door een jonge ongesluierde vrouw, die loopt te zeulen met een grote zak palmafval. Na het gebruikelijke wie zijn wij en jij en waar komen we vandaan, vertelt ze moeder te zijn van 4 jonge kinderen. Des te meer opmerkelijk is haar verschijning zonder sluier. Bovendien opmerkelijk van hoe goed Frans deze generatie zich bedient. Natuurlijk eindigt ook hier weer de weg in het hooggelegen dorpje en maken we rechtsomkeert. Vinden we niet erg, want de omgeving is mooi om in rond te tuffen.
Onderaan bij de waterpoel passeren we zwaaiend de vrouw. Heerlijk land Marokko, de vriendelijkheid alom ervaren wij als ongekend. Tijd om terug te gaan. In Tafraoute tanken we de scooter af en doen we bij de groenteboer wat fruit-inkopen. Terug bij de camper gaan we in de relaxstand. We worden nog aangesproken door een Nederlander, ook Andre 😄, die ons verslag heeft gelezen en ons complimenteert met de schrijfstijl en uitvoering. Altijd leuk om te horen. En het wordt saai om te vermelden, maar voor het diner schuiven we wederom aan op het buitenterras van het hotel. Tesamen met Kees en Trui genieten we van de goede brochettes en hebben het heel gezellig. Morgen richting Icht in het zuiden.
Donderdag 23 februari - Tafraoute
Tafraoute - Icht 111 km ☀️ 26C
Zonsopkomst Tafraoute
Bye, bye Tafraoute, wat hebben we het hier leuk gehad. Na bijna een week draaien we de contactsleutel om en verlaten we de plek in het keteldal. Kees en Trui hebben we een goede trip gewenst, ze gaan net als wij naar Icht in het zuiden. De zon laat zich van haar beste kant zien in de strakblauwe lucht. We draaien de R107 op zuidwaarts. Beide navi's gillen in koor dat we moeten omdraaien en berekenen bij iedere afslag opnieuw de route (terug). Wij hebben andere plannen, af en toe raadplegen we Google maps of we inderdaad nog op de juiste route zitten, die wij voor ogen hebben, de R107. Dat is nodig want deze 'hoofd-ader' heeft na pak 'm beet zo'n 5 kilometer de bekende Marokkaanse gedaantewisseling ondergaan.
Van breed prachtig asfalt naar een aftandse smal woestijnweggetje. Het landschap om ons heen verandert meer en meer naar een dor berglandschap. Op een gehucht na waar kinderen op een stoffig veldje voetballen, zien de nederzettingen die we passeren er overwegend leeg en verlaten uit. Ook het minimale verkeer wat we treffen onderstreept deze waarneming.
Na een ultieme poging van de Tomtom ons voor het komend bergmassief te behoeden, staakt hij zijn pogingen moedeloos en gaat mee in onze eigenwijsheid als we de berghellingen gaan beklimmen. De snorrende sterke 3-liter motor, wat is dat toch prettig, heeft geen enkele moeite met de zeer steile weggedeelten, die normale hellingpercentages ver te boven gaan. En we moeten nog even. Voor ons uit slingert de weg zich hoog boven voort. Als beloning worden we getrakteerd op een formidabel uitzicht over de kale woestenij om ons heen. Dorpjes achteloos tegen bergwanden aangesmeten of in het dal gepropt, zien eruit als locaties voor een volgende Starwars episode.
In mijn spiegel zie ik honderden meters achter mij een buscamper naderen. Het zijn Kees en Trui. En als we weer eens een stop maken om een foto te schieten, rijden we zowaar in colonne, al stuivertje-wisselend van koppositie. En zo te zien amuseren zij zich ook optimaal deze rit, leuk. Na een klimmetje draaien we een kloof in en na een duizelingwekkende afdaling, hairpins met scherpe slagen, komen we in de wondere wereld van het Grand Canyon Park Anti Atlas.
Loodrecht en ver beneden ons heeft een riviertje in miljoenen jaren een kloof gesneden, die zich door het gebergte kronkelt. In een uitgehakte weg in de zijwand kronkelen we met de kloof mee, onderwijl genietend van de natuurpracht die ons wordt voorgeschoteld, Wow. Verder en verder gaat het omlaag, totdat we op de bodem van de kloof de rivierbedding bereiken.
De weg en droge stevige bedding kruisen elkaar hier om de haverklap, immers beiden volgen de loop van het ravijn. Na wat dorre verlaten dorpjes, verschijnen wat uitgestrekte oases met palmbomen en fris groen ertussen.
Uiteraard met dorpjes, mensen profiteren mee van de aanwezigheid van groen en water. En er zijn weer wat mensen op straat, zoals vrouwen in mooie gewaden. Na zo'n dorpje zien we zowaar een modern aandoende uitspanning met buitenterras, waar wat dorpelingen aan de koffie zitten. En niet lang nadat wij onze koffie hebben besteld, voegen Kees en Trui zich bij ons.
Weer en route na deze 'break' dalen we verder af totdat we de 'grotere' R102 bereiken. Linksaf gaan de laatste 15 kilometer over een relatief vlak parcours, nog steeds omgeven door een dor woestijnlandschap. Op camping Borj Birmane even voor Icht vinden we een leuke plek. Met tafel en stoelen in de schaduw bekijken we met een welverdiend drankje naar het petanque-spel van wat Franse koppels. Het gekeuvel en gesticuleer levert altijd een leuk schouwspel op.
Vrijdag 24 februari - Icht
Icht - Camping Borj Biramane 🌬 🌬 🌬 ☀️ 17°C
Door het stormachtige weer vannacht kletteren de stoelen en tafel, die opgevouwen tegen de camper aanstonden al met veel lawaai om. Gelukkig staat de camper met de 'kop' in de wind en blijft heen en weer schudden uit. Wel realiseer ik mij rond 4 uur dat er nog dakluiken openstaan, die als potentiële stofhappers kunnen fungeren, wat inderdaad het geval is. Ik sluit ze af, waarmee ook het windlawaai sterk wordt gereduceerd. Als we om half tien opstaan giert de wind nog steeds fluitend om onze camper en is het uitzicht over de campingmuur in stofnevelen gehuld. Een grote groep Franse camperaars houdt het voor gezien, ze vertrekken en masse.
Pas tegen de eind van de ochtend neemt de wind ietwat af en klaart het zicht op.
We spreken Kees en Trui en besluiten eerst maar te gaan lunchen in het restaurant van de camping, alvorens op stap te gaan naar Icht. Ook zij waren vannacht enigszins in de ban van de storm.
Na de lunch trekken we de stoute schoenen aan en gaan gevieren over een zandpad richting Icht lopen. De wind is inderdaad wat gaan liggen. Prachtige omgeving eigenlijk die steenwoestijn. Op de kale vlakte groeien alleen die struiken, waaraan je kunt aflezen dat ze voor deze plantvijandige omgeving zijn gemaakt.
Af en toe loopt het pad langs de droge bedding van een riviertje, die wordt omgeven door palmgroen. Het zandpad loopt vlak voor Icht wat naar beneden en eindigt in de oase die het plaatsje omgeeft. De bomen en planten van de palmeraie worden door een ingenieus watersysteem bevloeid met kristalhelder water, wat in ondergrondse kanalen wordt aangevoerd.
Veel mensen treffen we niet en we lopen wat random rond in het dorp. Opvallend zijn de felgekleurde deuren die we zien en we schieten dan ook de nodige plaatjes.
Dan schiet een man ons aan en biedt zijn diensten aan als gids voor het bezichtigen van het eeuwenoude deel van het dorp. Het bestaat merendeels uit hoge ruines, die niet meer worden bewoond. Een in de luwte liggende doorgang in een hoge lemen muur geeft na een bocht toegang tot een lange donkere gang, waaraan door diverse deuropeningen meerdere woningen kunnen worden betreden. Hassan onze gids laat ons zijn ouderlijk huis zien, waar hij tot 2014 heeft gewoond. De woning uit de 11e eeuw is nog steeds redelijk intact en heeft 3 etages, waar mensen en dieren samenwoonden. Opmerkelijk is dat lemen pilaren in het woongedeelte zorgvuldig zijn vormgegeven en een oosterse symmetrische afwerking hebben. We lopen naar een volgend huis. Het is een zeer groot 11e eeuws lemen complex met binnenplaats met zeer veel mooie Moorse bouwdetails. De meerdere etages die met een lemen trap kunnen worden bereikt, zijn zorgvuldig gemaakt door gebruik te maken van palmbomen spanten en rietmatten. Aan afwerking en afmeting is af te lezen dat de bewoners een voorname positie hadden in de gemeenschap.
Overigens krijg ik in een flits door, dat deze bouwwijze uitermate doeltreffend bescherming biedt tegen harde wind en zandstormen, die hier vaak voorkomen. Deze overdekte manier van bouwen met bochtige gangen houden stof en wind effectief uit de deur.Weer buiten aangekomen leidt de gids ons langs de moskee, naar een zeer eenvoudige overdekte medersa ( koranschoolvoor jongens), die pal naast het hospitaal ligt, een bouwsel waar je niet in terecht wil komen, krijg ik de indruk.
Tot slot brengt Hassan ons naar zijn tuin. Het is een ommuurd deel van de oase, die via een schuifklep bevloeid wordt. De opbrengsten zijn met name dadels en citroenen. Na een fotoshoot brengt hij ons terug naar de rand van Icht, waar we de oversteek naar de camping kunnen maken. Met een brede glimlach neemt hij zijn beloning van 100MAD in ontvangst, shukran. Wellicht is een start van een carrière als gids nog niet zo'n slechte optie, zie ik hem denken.
De wind is toch weer wat opgestoken en blaast zo nu en dan het nodige stof rond. Dapper stappen we door de tegenwind verder en bereiken de luwte van de campingmuur. Onder het genot van een wijntje kletsen we nog wat na. Buiten giert de volgende stofstorm rond onze campers.
Zaterdag 25 februari - Tata
Icht - Tata 217 km ☀️🌬☀️ 21°C
Als ik het water sta bij te vullen deze ochtend, schieten een tiental woestijnbuggy's als venijnige horzels uit de poort van Borj Birmane, een stofwolk achterlatend. Het is het meegesleepte speelgoed van Franse camperaars, waarmee een dagelijkse rit in de (steen-)woestijn wordt ondernomen. Hun volwaardige rally-outfit versterkt het beeld dat we het hier met de Dakar-rally hebben te maken, een imago wat een gemiddelde Fransoos zich natuurlijk graag laat aanmeten. Een kwartiertje later, als het stof is neergedaald verlaten wij deze winderige uithoek. Ons einddoel van vandaag is Tata, een stadje 150 kilometer naar het oosten.
Wij hebben eerst nog andere plannen. Ik toch een poging ondernemen om zelf te prehistorische graveringen in de rotsen op te zoeken. Een plek die hier westelijk naast de N12 moet liggen. Na wat zoeken treffen we inderdaad een bordje aan die de afslag naar de Gravures Rupestres markeert. Het is een spoor in de kale steenwoestijn die naar een verder gelegen bergkam leidt.
Met de luchtvering in de offroad-stand en hobbelend over de steenslag, overvalt onszelf ook een soort rally-gevoel 😄. Edoch, noch de verwijzingen van een landbouwer, noch de aanwijzingen van een passerende motorrijder bieden soelaas.
Het spoor loopt dood en dichterbij komen we niet, we geven het op en gaan terug. Op de N12 gaat het nu oostwaarts, richting Tata. De vlakke route gaat door het woestijnlandschap, net onder en ten zuiden van het bergmassief van de Anti Atlas en niet ver van de Algerijnse grens. Het is prachtig zonnig weer en de wisselende kleuren van de kale leegte, lucht en bergen zijn een lust voor het oog.
In de weinige vegetatie staan soms enkele dromedarissen aan het stekelige groen te knabbelen. De weg loopt van oase naar oase, waar omheen zich dorpjes hebben vervlochten. Opvallend is dat de meeste nederzettingen ook een garnizoen van het leger hebben. Zij zijn hier gestationeerd om het grensgebied te bewaken en infiltratie van Polisario-strijders vanuit Algerije te voorkomen. Soms zijn er bij de dorpjes riviertjes waar nog wat water doorstroomt of bredere wadi's waar vrouwen kleding wassen.
Tougrih - Dar
Tien kilometer voor Tata zien we rechts van ons boven het gehucht Tougrih een een oud en vervallen ruïnedorp (Dar) op een heuvel liggen. Ook is de afslag nog voorzien van een bordje 'Ancient Mellah de Tazzart' wat iets verder ligt. De oude Dar kunnen we alleen op afstand fotograferen, maar de oude joodse dorp (mellah) bij Tazzart is wel met de camper aan te rijden. Althans vele mensen kijken vol verbazing toe in het naastgelegen nieuwe Tazzart, hoe wij ons campergevaarte door hun dorp manoeuvreren. Ook deze ruïne ligt boven op een heuvel en biedt ons een fraaie inkijk in de geschiedenis.
De mellah is begin 15e eeuw gesticht door Sefardische joden, nadat zij in 1492, door de brute 'bekeer of sterf' geloofsopstelling onder Isabel de Katholieke, Spanje waren ontvlucht. De bloeiende gemeenschap werd begin 19e eeuw getroffen door een ernstige droogte. Bekend fenomeen is dat de vrouwen hier zelfs water wonnen door vijgen uit te persen. Ze konden het tij niet keren en de nederzetting werd verlaten. Ze keerden hier niet meer terug. Overigens zijn de meeste Joden na de stichting van de Joodse staat uit Marokko vertrokken en naar Israël geëmigreerd. Straatkinderen hollen fietsen met onze camper mee als we het dorp weer verlaten, 'bonbon, bonbon' gillend. We delen wat drop uit, geen idee hoe de typische smaak daarvan uitpakt onder de jeugd.
Camping Hyatt ligt terrasvormig aan de andere kant van de wadi bij Tata. De betonnen overgang naar de overkant wordt door overvloedig gevallen regenwater lichtjes overspoeld door water. We doorwaden het nauwelijks 10 cm hoge water naar de andere kant en ja het rallygevoel drijft toch weer boven 😄. Kees legt de oversteek fotografisch vast, altijd leuk voor het album. We installeren ons op een mooi plekje met uitzicht over het water. Bij eigenaresse Hyatt en stagiaire Zaina bestellen we later in de middag een tajine voor het avondeten. En kalmeer weer later hun opgejaagde en nerveuze drukte in de keuken door met 'no stress, no stress' aan te geven dat ze zich niet opgelaten hoeven te voelen. Een hartelijke glimlach volgt. De tajine die wordt gebracht is verrukkelijk en de beste die we tot nog toe hebben gehad.
Zondag 26 februari - Tata
Tata - Camping Hyatt ☀️ 23°C
Brroem brroem, br..oem br..oem, br uh br....... Met een laatste puf houdt La Souris het voor gezien, ik krijg haar niet meer aan de praat. Eerder op de ochtend toen ik om 8 uur opstond, werd met een bescheiden klopje op de deur onze baguette gebracht. Belegd met lekkere kaas en een vers geperste jus is het weer een smakelijk ontbijt. Na douche en koffie zien we als we buiten komen een grote vlucht ooievaars recht boven de stad, aan de overzijde van de wadi. Het moeten er zeker een honderdtal zijn schat ik zo. Ze cirkelen rond op zoek naar thermiek, een machtig gezicht. En als ze daarin slagen verandert hun duidelijk silhouet in stippen hoog in de lucht.
Gehelmd en met zonnebril op gaan we met onze scooter op weg naar de stad. Van het hellinkje af doorwaden we het overvloeiende water van de waaien gaan aan de andere kant omhoog. Boven aangekomen houdt ons scootertje er met laatste reutel mee op. En wat ik ook doe, opstarten lukt niet, ook niet als ik het met de kickstarter probeer. De accu klinkt goed, dus schort er wat anders aan. Was soms het water van de wadi van zo even haar fataal? Afin, we moeten op zoek naar de vaardige handjes van een mecanicien. De scooter met de hand voortduwend bereiken we de stad. Door navraag bij mensen op straat belanden we uiteindelijk in een werkplaatsje. In de chaos van het interieur, gezeten tussen onderdelen en gereedschap zit een bebaarde monteur. Hij pruts aan een defecte motorfiets, die gezien de gebutste en versleten staat allang definitief ter ziele had moeten zijn. De ongeveer 30-jarige mecanicien, Mohammed geheten vraagt vriendelijk wat hij voor me kan doen. En als ik aangeef dat La Souris dienst weigert, ce ne marche pas, vraagt hij een paar minuten geduld. Dat heb ik zeker, gebaar ik, het geeft mij gelegenheid om met verbazing de inrichting van het werkplaatsje te bekijken.
Het wrakkige motortje is intussen gemaakt en wordt na een korte proefrit aan de wachtende eigenaar afgeleverd. Onze muis is aan de beurt en na enig gepriegel aan bougie en bedrading, start ons vehikel weer met het bekende geluid op. Mijn grote grijns wordt door Mohammed en zijn helpers met een grote lach beantwoord. Hij fikst ook nog de loshangende nummerplaat en zekert een stang van de kickstarter. Na een laatste check van het oliepeil en een testrit wordt de reparatie beëindigd. Overigens brengt de nostalgische verschijning van onze scooter met Mohammed op de bok tijdens de proefrit bij omstanders op straat een glimlach teweeg. De waarschijnlijk al te hoge rekening van 30MAD rond ik naar boven af op 50 en ik heb er weer een vriend bij te zien aan de manier waarop hij mij daarvoor bedankt. Marjos heeft tijdens de reparatie aan de overzijde van de straat een kop koffie gedronken en heeft in de gaten dat La Souris weer functioneert.
Met een zwaai nemen we afscheid, toeren wat rond om uiteindelijk bij een restaurantje aan de hoofdstraat wat te eten. De kipstukjes met rauwe ui en tomaat en frietjes smaken oké. Inclusief een glas jus, 140MAD, dat is aan de prijs. We slenteren nog wat rond in de souk met huishoudelijke spullen, door ons de Blokker-souk genoemd, maar die markt heeft niet veel om het lijf.
We parkeren de scooter op een centraal plein en lopen daar wat door straten met allerhande bedrijfjes, die onder de arcadebogen van de bebouwing zijn gevestigd. Er wordt van alles en nog wat verkocht, fruit en groente, kruidenierswaren, poelier met (nu nog) levende kippen en duiven voor de deur, slagerij, kleding, ook nog wat huishoudelijke zaken, een enkel juweliertje, een barbier. Het wordt afgewisseld met koffie- en eettentjes.
Toeristisch is Tata niet, wel zijn er veel locals op straat. Zelfs de moskee temidden van dit gebeuren heeft over klandizie niet te klagen, nadat het Allahu Akbar daartoe heeft aangeroepen. Talloze schoenen, slippers en sloffen voor de deur bevestigen dat. We kopen wat brood, bananen, tomaten en munt en kachelen met de buit huiswaarts. Het doorwaden van het rivierwater leidt nu niet tot problemen. We gaan in het lekkere zonnetje volledig in de relaxstand.