Deel 3 - Najaar 2017 Frankrijk
Zaterdag 16 september, Colombiers
De sluizen van Fonserannes kortweg les neuf ecluses gebouwd tussen 1673 en 1680
Heerlijk weer vandaag, dus lekker tuffend op den scooter naar Beziers gegaan. Was voor ons al weer een jaartje of 15 geleden, dat we de stad hadden verkend. De binnenstad is toch wel wat veranderd, minder rommelig en met name de Allées de Paul Riquet heeft een andere uitstraling, al lopen we aldaar over een soortement vlooienmarkt :) Onze scootermuis doet het hier goed in het oude centrum wat op een heuvel ligt. De kathedraal torent van oudsher boven alles uit en ook het uitzicht van daaruit is onveranderd mooi. Binnenin de kathedraal sta je toch weer versteld van al het fraais. Even verderop wandel je langs een aantal 'Trompe de l'oeil', wat muurschilderingen die zo zijn opgebracht dat je de illusie hebt iets waar te nemen wat er niet is. Terrasje gepakt en daarna onderweg naar 'Les 9 Ecluses' aan het Canal du Midi. Tja vroeguh kon je gewoon met je auto omhoog langs de eeuwenoude sluisjes, was alles relatief rustig, nu is alles Piéton-proof voor de vele toeristen en staan er hekken om de sluisbakken. Bovenaan in het oude trekschuithuis is nu een kassa met audio- en media hulp voor als je allemaal echt wilt weten en een modernistisch theehuis. Ach ik moet ergens mijn nostalgiekwaal kunnen spuien. Rustig terugtuffend alles kunnen verwerken en weer gearriveerd op onze inmiddels wat drukkere en vollere CP. Staan nu met 7 campers en de 8e is arriving. Die drukte van de afgelopen twee dagen is vast omdat het weekend is, maar het kan ook zijn dat de Fransen ( want het zijn het voornamelijk Franse campers) EU subsidie hebben ontdekt om een camper aan te schaffen, haha.
Vandaag in het zonnige zuiden ongeveer zo'n 23, 24 graden en niet teveel wind.
Facade kathedraal
Gewelf kathedraal
Les 9 Ecluses
Les 9 Ecluses
Koor kathedraal
Uitzicht vanaf plein kathedraal
Trompe de l'oeil - linksachter illusie van balkons en mensen
Uitzicht naar de Montagne Noir
Zondag 17 september, naar Montesquieu
Vandaag een rijdag, vertrokken vanuit de CP van Colombiers om deze dag halverwege de Cognacstreek te geraken. We hebben geen haast en rijden een via achteraf-route, door oa St. Chinian, de Montagne Noire (wat een schitterende vergezichten), Mamazet, Castres, Gaillac en Montauban. Fraaie stadjes en dorpjes, waar de historie van afdruipt! Als plek om te overnachten kiezen we een FP (pruimen en de likeur daaruit) in Montesquieu. Temperatuur onderweg geleidelijk aan afgezakt naar nu 15 graden, onderweg wat regen maar later droog.
Dwars door de Montagne Noir
à travers la campagne
FP Montesquieu
Maandag 18 september, naar Roullet-Saint-Estèphe
De afgelopen nacht heeft het behoorlijk geregend en ook deze ochtend regent het nog steeds. Vandaag staat de rijdag naar Cognac en omgeving op het program. Eerst komen we via Agen in Marmande terecht waar we even de CP willen opzoeken om de camper af te servicen. In deze mooie oude stad krijgt onze navi het op zijn heupen en stuurt ons via een steeds smaller wordende onmogelijke straat met grote bloembakken links en rechts, oeps.... Met zweet in de handpalmen klaren we ook weer deze klus en doen ons dingetje op de grote CP even verderop.
We duiken weer de kleine route in de campagne op en bereiken na een uur het op een heuvel gelegen mooie stadje Duras, waar onze aandacht wordt getrokken door een uit de kluiten gewassen chateau. We parkeren en wandelen over de streekmarkt die pal naast het chateau plaatsvindt. Na een bak koffie zetten we onze reis noordwaarts voort. In het begin van de middag naderen we de Cognacstreek en zien we steeds vaker in het zacht golvende landschap eindeloze keurig gerangschikte wijnstokken liggen.
Chateau van Duras
Terwijl het weer echt aan het opklaren is arriveren wat later in Champagne-Vigny een FP adres. Het is een prachtig chateau-tje uit de 13e eeuw, waarin een museumpje is gevestigd over een bekende 19e eeuwse schrijver die daar heeft gewoond.
We vinden het wat minder om op de P hier te overnachten, met komende en gaande bezoekers en rijden door naar de CP van Roullet-Saint-Estèphe, die is druk maar prima. Morgen via de stad Cognac naar La Rochelle.
Dinsdag 19 september, via Cognac naar Marsilly
Vanmorgen eerst de stad Cognac bezocht, had toch wel iets meer grandeur of sjeu verwacht. Ik vond het al met al eigenlijk tegenvallen, een beetje onverwacht een saaie stad. Toch nog hier en daar plaatjes geschoten van wat historische plekken. Toen we de stad uit navigeerden botsten we op deze doorgang hier rechts; 3.30 meter hoog - moet net kunnen en 2.50 meter breed, mwah.... net als die brug eerder. Wederom met centimeters links en rechts er met slakkegang doorheen gemanoeuvreerd. What's wrong met onze navi !
Doorgereden naar Marsilly, een klein dorpje net boven La Rochelle en daar rond het middaguur een FP opgedraaid, tis weer is wat anders een struisvogelfarm, L'Autruche du Laurette genaamd. De 'Lachende muis' uit de garage gehaald om een scootertochtje naar het nabij gelegen Ile de Ré te maken. Een eiland waarvan de historie o.a. beelden oproept van het fameuze boek Papillon, die hier vandaan vertrok naar het bagno in Frans Guyana. Allereerst duiken wij over allerlei foute en niet begaanbare paadjes van een natuurgebied, alleen maar omdat de Iphone-navi dat aangeeft. Dan doemt vervolgens in de verte een gigantische gebogen brug op die de zee-engte tussen het vasteland en het eiland verbindt.
Bij de tol-entree (tol niet voor bromscooters overigens) wordt door de tolbeambte aangegeven dat wij geen gebruik mogen maken van het met een hek afgescheiden fietspad, maar op het enkelbaans rijdek moeten rijden. Op de forse helling omhoog naar het midden van de brug, 42 meter boven het water en gemaakt om zeeschepen onderdoor te laten, heeft ons scootertje het amechtig zwaar en we blijven dus stapvoets uiterst rechts rijden, zodat ander en echt heel véééél sneller verkeer ons kan passeren. Desondanks probeert de harde zee-zijwind ons continue tussen dit autoverkeer te duwen. Zwierend en zwaaiend met aan het stuur verkrampte armen en knikkende knietjes bereiken we de andere zijde. Een brug te ver, eh, nee straks moeten we weer terug.
Op het eiland zijn leuke dingen te zien, maar daar moeten we nog best wat kilometers voor afleggen. In St Martin de Ré is het verrassend druk rond het historische haventje, many, many tourists. We wandelen wat rond en zien zelfs een heuse Tintin winkel, waar alles van onze stripheld, Kuifje te koop is. Binnen gloreert een affiche waarop wordt vermeld "The only shop in France totally dedicated to Tintin", prachtig toch !
Haven St. Martin de Ré
...shop totally dedicated to.....
toeristen genoeg
Nauwelijks op onze weg terug besluit de Chinese benzinemeter van ons scootertje ineens een ruk naar links te maken van F (full) naar bijna E (empty), oei... tja omdat onze kilometerteller sinds Beziers niet meer functioneert, weet ik ook niet hoeveel kilometers er zijn afgelegd. Zodoende heb ik geen juist referentiekader meer om het werkelijke gebruik in te schatten. In mijn hoofd ga ik na welke ritjes we hebben gemaakt sinds onze laatste tankbeurt in de Camargue en kom tot de conclusie dat het best wel wat kilometers zijn geweest en de huidige benzinewijzerstand toch min of meer correct kan zijn. De terugweg-kilometers scharen zich aaneen zonder benzinestation en onze teller besluit in negatieve zin mee te werken en steeds verder naar E te kruipen, ojee. In de verte verschijnt de reusachtige brug al weer, benzineslurper numero uno denken wij. En bovenal info van een plaatselijke autochtoon leert ons dat we of helemaal terug moeten naar St Martin of net over de brug in La Rochelle onze benzinegeluk moeten gaan zoeken. De harde tegenwind bij onze terugrit over de brug moet ons de laatste druppels hebben gekost, we overtroffen bij het tanken de inhoudsmaat van ons scootertankje.
La Rochelle is een geweldig leuke stad, vol historie en levendigheid. Het historisch centrum met zijn vele mooie arcades en winkeltjes is koren op de molen van mijn eega. Opvallend overigens hoeveel etalages van meesterbakkers hun waren hier proberen aan te prijzen, of wordt die illusie door ons watertanden gevoed ? Al slalommend bereiken wij de haven. Daar settelen we ons in het namiddagzonnetje op een terrasje om even met een heerlijk roseetje uit te puffen van een toch wel drukke dag. Voldaan karren we op onze 'muis' terug naar onze struisvogels.
Stadspoort bij haven
Arcade met winkeltjes
Meesterbakker
FP L'Autruche du Laurette
Woensdag 20 september, naar Nantes.
Vanmorgen in een prachtige halfmist weggereden van de ferme d'Autruches. Ons vizier is gericht op Nantes, stad van de hertogen van Bretagne en de geboorteplaats van Jules Verne. Nooit in deze prachtstad geweest, een echte aanrader.Het eerste gedeelte van onze route ging langs de fraaie kust. Het weer werd steeds mooier vandaag, mooie blauwe luchten en later in de middag zeker zo'n 25 graden in het zonnetje. Het is geen al te grote afstand en we arriveren vroeg in de middag in Nantes. Vooraf allerlei informatie doorgenomen en ook de app's bekeken om een geschikte plek voor de overnachting te vinden en maar gegaan voor de camping in de stad. Deze is gunstig gelegen voor openbaar vervoer en het is in elk geval een safe plek. De camper opgesteld en in de tram gestapt, werkt perfect, kost weinig en we zaten in no-time in het centrum van de stad. Daar vlot overgestapt op de bus naar het Ile de Feydeau. Op dit eiland in de Loire, lagen de werven en reders- huizen in het historisch havengebied van de ooit belangrijke en florerende havenstad Nantes.
Veel van de toen vervallen en vergane glorie is in het verleden jammerlijk door sloop verloren gegaan. Inzichten veranderen gelukkig. Het weinige wat er nu nog staat krijgt een prominente plek en een kunstzinnige bestemming. De lege plekken worden op- en aangevuld met kunstprojecten en bijzondere architectuur. Speciaal aandacht in dit gebied wordt gegeven aan de kunstuitingen in de lijn van de visie die Jules Verne had over de toekomst, gekruist met de mechanische visie van Leonardo Da Vinci en het historische industriële karakter van de stad. Inmiddels hebben de projecten de internationale aandacht en vele prijzen en onderscheidingen zijn al binnengesleept.
Een zeer grote groep (vrijwillige) kunstenaars houdt zich onder andere bezig met de totstandkoming van grootschalige mechanische projecten oa van prehistorische dieren en planten. De geboorteplaats van deze vernuftige fantasierijke objecten, La Galerie des Machine genaamd, ligt binnen het stalen geraamte van een oude scheepswerkplaats van gigantisch formaat die de sloopdans was ontsprongen.
Eén van de eerste gerealiseerde projecten is een mega mammoet (formaat zo'n 15 meter hoog, 20 meter lang en 10 meter breed) die zich zelfstandig over het eiland kan bewegen met zo'n 50 mensen 'aan boord'. Het wandelt al stoomblazend uit zijn op en neergaande slurf een traject met een vaart van 1 à 2 km per uur gedurende 45 minuten en laat mensen die dit voor het eerst aanschouwen in opperste verbazing achter. Inmiddels heeft dit gevaarte sinds 2007 zo'n kleine miljoen toeristen vervoerd.
La grande Eléphante en route
Andere mechanieken zijn een Chinese draak van giga proporties die in het zomerseizoen het massaal toegestroomde publiek verrast en vermaakt. Het behoeft geen betoog dat deze hersenspinsels drommen toeristen trekken. De ambities van de stad en de kunstenaarsgroep zijn groot, veel droomprojecten zijn in aanbouw.
De bus teruggenomen naar het oude centrum en daar, na een terrasje, gaan rondwandelen in het middeleeuwse gedeelte. De courtyard van het duizend jaar oude kasteel van de Hertogen van Bretagne opgelopen.
Deze hertogen resideerden in Nantes, de hoofdstad van Bretagne, en nemen in de Franse geschiedenis een uiterst prominente positie in. Het huis leverde koningen en koninginnen en had dus heel wat in de melk te brokkelen. Omdat het tegen sluitingstijd liep had het geen zin meer om tegen betaling het gebouw binnen te bekijken. Dus omgekeerd en de wijk ernaast in gegaan en naar de schitterende gotische kathedraal gelopen, wat een pracht binnen en buiten! De zandstenen gesculptuurde façade (gelijkenissen met die van Amiens en Reims) en de hoge booggewelven binnen zijn een lust voor het oog.
Het naastgelegen gezellige restaurant- en bar-kwartier ingelopen. Hier heerst een aanstekelijke drukte op de vele terrasjes, we zoeken een plekje, ff relaxen met een zalige cocktail, in afwachting tot er wat eettentjes hun deuren gaan openen. En we weten al wat, we zijn in voor een portie mosselen.
Een van de geneugten des levens, althans vinden wij, is het consumeren van mosselen in een leuk restaurantje. Het liefst natuurlijk met mooi weer op een leuk buitenterrasje, maar als het niet anders kan dat ook binnenshuis in een meer obscure eetgelegenheid. De optie buiten met mooi weer hadden we al ervaren in Ste Marie de la Mer, heerlijk. De keuze die zich nu aandiende in de inmiddels afkoelende middeleeuwse binnenstad van Nantes, zag er aan de buitenkant niet appetijtelijk uit, maar had wel het schreeuwende affiche, dat men vooral en alleen ‘Moules & frites’ serveerde.
Awèl, allee, zulle we, de verleiding roept, naar binnen en dat viel qua inrichting minder tegen, dan de buitenkant deed vermoeden. In een hoek van het eettentje was nog een tafeltje vrij en dat gaf ons uitzicht op de bergen mosselen waar onze belendende tafelgenoten van zaten te smullen.
Alle bedenkingen vielen weg toen we zelf een kakelverse hoeveelheid kregen opgediend, met saus naar keuze en een heerlijk glas Sancerre. Ik had gekozen voor ‘a la meunière’ , voortreffelijk, maar het gras is altijd groener bij.......Marjos, mijn echtgenote had de exquise
‘sauce roquefort’-variant besteld en het moet worden gezegd, die was hemels. Ook aan de lachspieren werd hier gewerkt, maaltijden en wijn een gezamenlijke € 32,-, haha.....
In opperbeste stemming teruggekeerd met de tram naar de camping, nog nagenietend van de belevenissen van vandaag. Nantes dat gaan we natuurlijk onthouden, hier komen we zeker nog eens terug, één van de beste plekken van deze vakantie!
Morgen verder op weg naar huis, wordt iets tussen Caen of Rouen, we zien wel.
Donderdag 21 september, naar Carsix.
Onderweg een stukje 'vlak' landschap
Vanmorgen kalmpjes aan, zeg maar -op tempo doeloe stand- opgestart, lekker ontbeten, uitgebreid gebadderd en de camper volledig geserviced. Rond half elf de camping afgedraaid en en route gegaan. Het weer vandaag is afwisselend bewolkt en soms een zonnetje. Ons rondje Frankrijk hebben we veelal op de kleinere en rustige binnenwegen afgelegd en ook vandaag kunnen we onderweg volop genieten van het landschap, wat dan weer heuvelachtig en dan weer vlak is. Vandaag willen we graag Rouen bereiken, niet de stad zelf, die kennen we goed, maar een FP in de omgeving daarvan. Na wat geblader en gezoek, kiezen we voor de FP Ferme de la Bretterie in Carsix, een gehucht 20 km onder Rouen.
FP in Carsix
Het afgelegen 17e eeuwse boerderijtje waar oa eigengemaakte cider en Calvados van appeltjes uit eigen boomgaard wordt geproduceerd, bereiken we na een prachtige en rustige rit rond 4 uur in de middag. Alhoewel het lijkt of alleen een kip (haan) thuis is, schudden we al snel een hand met de eigenaresse van gebeuren. Het assortiment van winkeltje met de homemade lekkernijen is snel bekeken en even rapido wandelen we de deur uit met enige flessen cider en calvados. Het eerste flesje cider maken we meteen soldaat buiten in het namiddag-zonnetje, genietend van de agrarische setting rondom ons heen. Er is genoeg te zien en ontdekken. De koeien reiken met hun kop zo hoog mogelijk de appelboom in om het fruit weg te happen, de ganzen plonzen in een grote teil met water, de haan scheurt achter zijn hennen aan en de schapen dollen wat in de wei verderop. Het is hier paix en vree. Naast een heerlijk maaltje is het voorts wat lezen, internet op en een spelletje en de dag zit er weer op. Morgen verder richting huis.
Met de voetjes in het gras
Le magasin
La vache qui mange des pommes
Dolle boel die schaapjes
Vrijdag 22 september, naar Ieper.
Vanmorgen door alles wat kakelt en kukelt wakker geworden in een landschap met grondmist, werkelijk een plaatje! Op tijd vertrokken en al snel rijden passeren we Rouen. Na enig oponthoud in wat aaneengesloten agglomeraties komen we meer in het golvende landschap wat we goed kennen, we noemen het kathedralen-land. In deze streek liggen de hoogste (14e eeuwse) gotische kathedralen die
ooit zijn gebouwd, allen ontstaan vanuit een wedijver tussen kleine stadjes om het gebouw neer te zetten wat het dichts bij de hemel reikte. Een beroemde staat onder meer in Beauvais. Op het gemak verder huiswaarts gereden over allerlei kleine en soms verlaten routes, wat is Frankrijk toch mooi. Dit is toch veel leuker rijden dan over die stupide tolwegen, waar je alleen door grote bruine borden aan de kant van de weg wordt geattendeerd op de niet zichtbare bijzondere historie bezijden die weg. Overigens mijmeringen die verstoord worden door een steeds nijpere brandstof-voorraad en het gebrek aan tankstations op dit stuk route. De lage wijzerstand noopt ons om bij een Intermarché te tanken, die qua ruimte duidelijk niet is ingericht om een camper van wat formaat af te tanken! Enfin met het nodige gymnastische gekronkel werd deze horde toch succesvol genomen. Na Abbeville en Hesdin komen we bij Sint Omaar
en rijden daar via de nederlandstalige streek het laatste stukje van Frankrijk door. Via Kassel steken we tussen Steenvoorde en Poperingen de Belgische grens over en belanden kort daarna in Ieper. De app van Park4night.com verwijst ons naar een parkeerplaats, een prima stek pal naast de Kasteelgracht, die het centrum van Ieper omgrensd.
De Kasteelgracht nabij de offieuze camperplaats/parkeerplaats N50.845001 - E2.89384
Van hieruit is het een klein stukje lopen naar de Menenpoort, de herdenkingsplek voor WOI. De loopgravenstrijd rond Ieper hield vier jaar aan, waarbij niet alleen de stad en het omringende landschap volledig werden verwoest, maar ook vond weerszijden de strijdende partijen een slachting plaats. In de loopgraven en in het niemandsland rond de stad sneuvelden ongeveer een half miljoen mensen tussen 1914 en 1918. Onder hen niet alleen Duitsers, Fransen, Britten
De Menenpoort - Ieper
en Belgen maar ook Marokkanen, Algerijnen, Tunesiërs, Senegalezen, Canadezen, Australiërs, Nieuw-Zeelanders, Zuid-Afrikanen, Chinezen, Indiërs, Jamaicanen en nog vele andere nationaliteiten. Door de leden van de Last Post Association wordt elke dag om 20.00 uur de taptoe gehouden en de Last Post gespeeld onder de Menenpoort , als eerbetoon aan de gesneuvelden aan geallieerde zijde. . Dit ritueel doet men al sinds 1928, met enige onderbreking tijdens de bezetting van Ieper door de Duitsers tussen mei 1940 en 6 september 1944. De taptoe wordt iedere dag zeer goed bezocht, bussen brengen talloze nazaten van gesneuvelde soldaten. Vandaag zijn er zo'n 300, schat ik.
Oud-militairen uit de Gemene Best
Veel belangstelling dagelijks
De Last Post in deze setting is toch iets wat iedereen die het hoort aangrijpt. Daarna worden vele kransen gelegd bij de wanden waarop de namen van de gesneuvelden worden vermeld en nemen familieleden de gelegenheid te baat om een zijden 'poppy' (klaproos) bij hun vermelde familielid te steken. De klaproos is het symbool van WOI geworden omdat de velden, ooit slagvelden waarop de oorlog woedde, vol staan met klaprozen en de vergankelijkheid symboliseren. In gedachte verzonken lopen we terug naar onze camper.
Aantreden van de Association
Wandtableau's met namen
De poppy's ingestoken
De Last Post wordt gespeeld
Zaterdag 23 september, naar huis.
Na een goede nachtrust, douche en ontbijt gaan we onderweg richting huis, zo'n 250 kilometer. Onze poging om binnendoor te rijden geven we snel op; het is niet alleen druk in deze regio van Belgie, maar ook nu weer is het wegdek abnormaal slecht. Dan toch maar de autosnelweg op, dat schiet uiteraard beter op. Na een kleine 2 uur passeren we de grens en het laatste stukje is in een wip afgelegd. Aan het begin van de middag komen we thuis aan, het zit er helaas op, we hebben volop genoten.
Een iets beter wegdek................
Thuis............................