Voorproefje

Reisblog 1. Belanda's in Jakarta

Met ons gezin hebben wij in 2006 gedurende een maand een backpacktrip gemaakt door Sumatra en Java. Maran op reis werd tijdelijk MAANMIST, een combinatie van onze voornamen MA - rjos, AN - dré, MI - chelle & ST - ephan. Hier een extract uit dagboek en mail.


Tja het mooie Sumatra zit erop. Gisteren wel errug vroeg het mandje uit (5.00 am) om ons AirAsia-vliegtuig te halen in Padang naar Jakarta. . Afscheid genomen van onze (inmiddels dikke vriend) Rudy onze chauffeur op Sumatra, die nog een aardig ritje terug heeft van 24 uur naar Medan. Wij vertrokken keurig op tijd en landden stipt anderhalf uur later op Jakarta International Airport. In no time een taxi gepakt naar onze eerste keus het Bumi Joran Hotel, niet ver van het centrum. Prijzen zijn hier meteen hoger als elders in Indoland, maar ja wat wil je in een metropool die net zoveel inwoners telt als heel Nederland! Na een douche eerst bij de Jap in het hotel gegeten en daarna met de tuktuk naar het Gambir-treinstation gereden om de tickets voor vandaag vast te leggen naar Yokyakarta.
Van daaruit doorgekard naar de oude (koloniale) wijk Kota met de daarbij gelegen Sunda Kelapa, de oude haven. Hier liggen tientallen houten schoeners in Sulawesi-stijl, die Pinisi worden genoemd. Ze varen heen en weer tussen alle eilanden en Jakarta met zaken als hout, cement, rijst enz. Door sjouwers wordt alles met het handje over een wiebelend loopplankje op de kade gebracht. Wij zijn zelf ook maar eens aan boord gegaan (ha ha Michelle en Marjos hadden helpende handjes nodig van de overigens zeer vriendelijke zeelui) onder groot leedvermaak van iedereen die toekeek. Mensen zijn harstikke vriendelijk en ondanks dat je geen hout van hun gebrabbel kan verstaan, maak je toch geweldig contact met deze lieden.
Onze Michelle was zeer populair, niet alleen vroeg een zeer knappe gebruinde matroos meteen of hij met haar kon trouwen, maar werd ze ook nog met een GSMmetje vereeuwigd...lachuh dus!

Door 'n ouwe opa in een gemotoriseerde boomkano gestopt en een soort Spidotoer door de haven gemaakt. Eindigden in het hart van de Ikan Pasar, de oude vismarkt in Kota. De krotjes en andere bouwseltjes en de bruine snoetjes en smoeltjes van de nieuwgierigen rond het kanaaltje waar we uitstapten vormen een inmens contrast met de verderop gelegen moderne wolkenkrabbers. In het water van het kanaaltje lag een dikke laag stinkend afval, zelfs dode ratten, waar onze kano zich door heen moest ploegen....real life is hard in Asia.

Dwars door deze oude wijk heen gelopen op weg naar het fameuze Café Batavia, al een uithangplek in de koloniale tijd en volgens de LP (Lonely Planet) the place not to be missed and they are very right!!!! Wat een superbelevenis om hier naar binnen te stappen. In deze grandeur uit het verleden hobbelden wij in onze totaal verkeerde outfit (zeg maar:Hollanders met de bekende flodderhandel incluis korte broek, wat wil je in deze hitte) de cocktailbar in.
De obers vertrokken, zoals het Indo's betaamt, geen spier en vroegen wat wij wensten te consumeren.
Snel een view op de menukaart leerde ons dat alles te krijgen was tegen Holland++ prijzen en ras vatte het idee om dan maar eens goed los te gaan in deze chique tent. De kinderen trakteerden ons op een shooter en een cocktail (nog lekkerder als in Crazy Piano's). Na onze vrijwel alcohol-loze trip op Sumatra, smaakte dit voortreffelijk. Tijdens de borrel werden we professioneel op de video vereeuwigd en geinterviewd door studenten van de unversiteit in het kader van een eindscriptie voor marketing en PR. Goed opgewarmd bestegen wij de monumentale trap naar de diningroom, waar we nog meer in onze outfit uit de toon vielen, maar gesterkt door de alcoholversnapering sloegen wij ons dapper door de verbaasde blikken van andere chique geklede gasten heen! Het hele pand (in bezit van een Australier) is behangen met prachtige ingelijste foto's van personen uit heden en verleden, magnifiek gezicht. Gezeten aan het damasten linnen, bracht een ober ons de menukaart, hoe die d'r uitziet vertellen we nog wel, superorigineel in elk geval, wat een idee. Na een gerecht te hebben uitgekozen kwam de sommelier langs met de wijnkaart en serveerde uiterst professioneel de door ons gekozen rode wijn, njammie! Rest te vertellen dat het eten van superieure kwaliteit was, een meersterren restaurant in onze contreien waardig. Na zoveel pret kon de absurd hoge rekening alleen nog maar onze lachspieren werken (met dank aan het bestaan van de creditkaart), al met al was onze superkorte ervaring met Jakarta zeer geslaagd.

Vanmorgen (natuurlijk weer vroeg) in de Argodwipangga - expresstrein - naar Yokya, executive class gestapt en naar deze omgeving gebracht. In de namiddag een klein hotelletje betrokken met zwembad (heerlijk) en daarna verderop in de straat wat gaan happen.

Temperatuur goed warm, maar wel erg benauwd, heeft dus ook net wat geregend. Hebben de Merapi (volgen uiteraard nauwgezet de situatie) nog niet in deze wolkennevel kunnen ontdekken, gaan morgen wel eens de omgeving bekijken.

Voor nu, Selamat Malam.

 eerder gepubliceerd in de reiscommunity  van Columbus Reismagazine

Pinisi in de Sunda Kelapa

Cocktail Café Batavia

Gambir Stasun


Reisblog 2. Over rampzalige natuurfenomenen en de band met God

Een extract uit dagboek en mails van onze gezinsreis Maanmist naar Sumatra en Java (zie eerdere blog)

Het is maandagmorgen 22 mei in Djokja, waar we eergisteren zijn gearriveerd met de trein uit Jakarta. Wij hebben onze intrek genomen in hotel Tulips op de Jalan Tirtodipuran 42, aan de zuidkant van de stad. Het is een kleinschalig mooi hotel in een Oudhollands koloniaal gebouwtje. De lange straat heeft behoorlijk wat restaurantjes en eettentjes, leuk. Gisteren de Kraton van de sultan bezocht en de dansvoorstelling gezien. Na alle dansvoorstellingen eerder op Sumatra is deze wel erg tempoe doeloe en de drukkende hitte maakt het niet beter. 'sMiddags al winkelend op de Malioboro gaat het storten en mijn leesbril verdwijnt van mijn hoofd door de kracht van het gutsende regenwater in een rioolput. Gelukkig heb ik een reserve bij.

Vandaag op program Prambanan en Borobudur en aan het eind van de middag naar de al enige maanden actieve vulkaan Merapi. Na wat stevig ge-tawar charter ik een minibusje met chauffeur voor een toffe prijs en gaan onderweg. Het weer, nog drukkender, warmer en behoorlijk bewolkt. De hindoetempel Prambanan is prachtig en er zijn bijna geen toeristen. Hetzelfde geldt voor de Borobudur als we daar arriveren. Het wolkendek ziet er dreigend uit. Als de chauffeur in zijn pidgin-Engels aangeeft dat het gaat regenen en beter is terug te keren naar Djokja, verklaren wij, dat wij als echte Hollanders wel regenbuitjes gewend zijn en gaan de plateaus van de mooie stupatempel op. De ingehuurde gids raffelt zijn babbel af, intussen angstig kijkend naar het inmiddels zwarter wordende wolkendek. Dan barst het los. Onweer en een onwaarschijnlijke hoeveelheid water stort zich op ons. In twee tellen zijn we letterlijk tot de onderbroek doorweekt. Benedenaan bij de marktkraampjes worden wij, bij gebrek aan andere toeristen, die zijn er niet, door wanhopig over elkaar struikelende verkoopstertjes aangeklampt om nog iets van hun verkoopdag goed te maken. Als vier verzopen katten besluiten wij droge kleding te laten aanrukken. Met een grote grijns hijsen de dames zich in een foute batikjapon en de mannen in een nog foutere roze korte broek met tijgerprint ! en schreeuwende Borobudur T-shirts. Schade in totaal 8 euries inclusief een warm bakkie thee.

Op naar de Merapi, het is weer droog. In het bijna donker arriveren wij bij een bewaakte afzetting zo'n 6 km van de vulkaan. Hier staan wat verslaggevers en fotografen door hun lenzen te turen in de nevelige wolkenbrij die de Merapi omhuld, niets te zien. Onze chauffeur babbelt iets van "de goden verzoeken" hij vindt deze plek maar niets. Dan een geweldig lawaai en door de nevel heen zien we een gigantische eruptie van vurig materiaal, die in de lucht geslingerd wordt en van de helling aan onze zijde afdendert. Paniek breekt los en wit om de neus gaat iedereen er spoorslags vandoor. Terug in Djokja, in een eettentje in het straatje van het hotel, komen we wat bij van de schrik. Onze 21-jarige en sociaalvaardige dochter babbelt intussen vrolijk met een Javaans serveerstertje Cindy van dezelfde leeftijd. Ze wisselen e-mailadressen uit. De volgende dag laat de invloedrijke sultan van Djokja de straal van het afgezette gebied rond de Merapi vergroten tot zo'n 12 kilometer.

Woensdag 24 mei. Met de bus zijn we gisteren vanuit Djokja in Tawangmangu aangekomen, een prachtige heuvelachtige omgeving in het oostelijk deel van centraal-Java. Met een gids maken we een trekking over theeplantages, langs dorpjes en watervallen. De vele oude hindoetempels, vol met lingams, in dit niet toeristische gebied worden voornamelijk bezocht door verliefde Javaanse stelletjes om vruchtbaarheid af te smeken bij alle aanwezige fallussymboliek. Bij een oud beeld, een mannetje met in de hand zijn enorme erecte en verticale penis, vertelt onze gids in zijn pidgingebrabbel, dat het vasthouden daarvan een "band met God" symboliseert. Onze 24-jarige zoon verklaart plechtig dat hij toch wel een stevige band met God onderhoud, hilariteit en gelach. Als wij aan de verbaasde gids uitleggen wat hij zei, knikt deze ernstig: hij heeft ook een goede band met God; de dubbelzinnigheid ontgaat de man volledig.

Zaterdagmorgen 27 mei. Gisteren in Surabaya aangekomen en intrek genomen op de 6e etage van het Wetahotel, vandaag vertrekken we naar Kuala Lumpur. Om 6 a.m. worden we beiden wakker, de hele kamer schudt heen en weer. Paniek slaat toe en mensen stromen in hun ondergoed de gangen op en vragen zich af wat er gebeurd. Een lichte aardschok zo benadrukt toegesneld hotelpersoneel, komt wel vaker voor. Wat onrustig ontbijten we en vertrekken daarna naar het vliegveld. Op onze tussenstop in Jakarta, wachtend voor de aansluiting naar KLIA wordt duidelijk dat er een aardbeving heeft plaatsgevonden in Djokja (waar we een paar dagen geleden nog zaten) en dat er duizenden mensen zijn overleden en honderdduizenden dakloos zijn geworden, het gebied is een enorme puinhoop.

Moraal van het verhaal : men moet niet te licht denken over de band met God ! We hebben geluk gehad.

Naschrift: Via de nieuwsmedia wordt de omvang van de ramp alleen maar duidelijker. Mijn dochter heeft na een maand e-mailcontact met Cindy het dienstertje in Djokja. Zij zit op dat moment op Bali voor werk, in Djokja is iedereen werkeloos door de ramp. De straat van ons hotel in Djokja is bijna volledig verwoest, maar ons hotel staat er nog. Haar directe familie heeft het overleefd. Goddank.

eerder gepubliceerd in de reiscommunity  van Columbus Reismagazine

 

Danser - Kraton Djokja

Stupa's op de Borobudur

Fallussymboliek. Candi Sukhu, omgeving Tawangmangu